Wilfred van Rooijen schreef een tweede artikel over thorium reactoren op de site klimaatgek.nl. In dit stuk kan ook de link naar het eerste artikel gevonden worden.
Gijs Zwartsenberg schreef hierop de volgende kritiek.
Dit soort ‘deskundige’ analyses hebben we vaker voorbij zien komen de afgelopen jaren. Eén van ons heeft naar aanleiding daarvan wel eens gezegd “we hebben de antikernenergiebeweging helemaal niet nodig om nucleair kapot te maken”. Dit opiniestuk is daarvan een treurig stemmend voorbeeld.
Het hele stuk lang werd niet duidelijk wat van Rooijen wil zeggen?’ Pas aan het eind stelt hij: “LWR is ok en beschikbaar, kies LWR als je nu wat wilt”. Nou prima, mee eens, dat is wat ik jaren roep.
Wat hij over MSR zegt, eigenlijk LFTR, is een stroman van jewelste. Werkt als volgt. Men neme een artikeltje uit wikipedia, dat gaat over een verouderd concept (10 jaar geleden, minstens). Bij artikel staat een plaatje dat afkomstig is uit een artikel dat er een heleboel toelichting bij geeft om duidelijk te maken wat het voorstelt. Namelijk een vergelijking van de huidige Amerikaanse praktijk met een visie op toekomstig reactorsystemen. Die cijfers voor de Amerikaanse praktijk zijn (zoals Van Rooijen terecht becijfert) aan de hoge kant: ik kwam ook nooit verder dan 200 HM (Heavy Metal) als jaarinput. En inderdaad, in Europa gaan we gelukkig verstandiger om met wat er uit een reactor komt dan de VS doet. Klopt allemaal.
Vervolgens zegt hij: “De meeste voorstellen voor thoriumreactoren hebben een specifiek vermogen rond de 10 MW/ MTHM (Metric Ton Heavy Metal). ” Dat klinkt alsof hij ze allemaal heeft doorgerekend, en ik weet wel zeker dat dat niet het geval is. Dit getal staat, zou je kunnen zeggen, voor de neutronische efficiency van het reactorsysteem. Dat is het meest complexe, van talloze factoren afhankelijke, reactorspecifieke getal wat je maar kunt bedenken. Van Rooijen kan, evenmin als Jan Leen Kloosterman, helemaal niet weten wat de waarde van dat getal is voor reactorsystemen die feitelijk op de tekentafel liggen bij startups. Je moet namelijk hun IP kennen om er iets zinnigs over te kunnen zeggen.
In het oorspronkelijk artikel in American Scientist uit 2010, waar het plaatje dat Van Rooijen afbrandt uit komt, maken de auteurs (Robert Hargraves en Ralph Moir) duidelijk dat het hier om een VISIE gaat. Een heilige graal. Beschouw je, in hun verhaal, de LFTR als een ‘black box’, waar je HM in stopt, dan kun je er op termijn bij uit komen dat je inderdaad er nog maar 1 ton thorium in hoeft te stoppen, en er 3 GWy thermische energie uit haalt, plus een ton splijtingsproducten. Dat er in je reactorsysteem dan nog minimaal zo’n dertig ton HM, waarvan een paar ton splijtbaar, aanwezig moeten zijn doet niets af aan die visie.
Ook het feit dat daar bij hoort dat je een deel van de stroom moet zuiveren, er de actinides uit moet halen, en die terugvoert naar de reactorkern, doet niets af aan die visie.
commentaar, nieuws
Kernenergie en Thoriumreactoren
Wilfred van Rooijen schreef een tweede artikel over thorium reactoren op de site klimaatgek.nl. In dit stuk kan ook de link naar het eerste artikel gevonden worden.
Gijs Zwartsenberg schreef hierop de volgende kritiek.
Dit soort ‘deskundige’ analyses hebben we vaker voorbij zien komen de afgelopen jaren. Eén van ons heeft naar aanleiding daarvan wel eens gezegd “we hebben de antikernenergiebeweging helemaal niet nodig om nucleair kapot te maken”. Dit opiniestuk is daarvan een treurig stemmend voorbeeld.
Het hele stuk lang werd niet duidelijk wat van Rooijen wil zeggen?’ Pas aan het eind stelt hij: “LWR is ok en beschikbaar, kies LWR als je nu wat wilt”. Nou prima, mee eens, dat is wat ik jaren roep.
Wat hij over MSR zegt, eigenlijk LFTR, is een stroman van jewelste. Werkt als volgt. Men neme een artikeltje uit wikipedia, dat gaat over een verouderd concept (10 jaar geleden, minstens). Bij artikel staat een plaatje dat afkomstig is uit een artikel dat er een heleboel toelichting bij geeft om duidelijk te maken wat het voorstelt. Namelijk een vergelijking van de huidige Amerikaanse praktijk met een visie op toekomstig reactorsystemen. Die cijfers voor de Amerikaanse praktijk zijn (zoals Van Rooijen terecht becijfert) aan de hoge kant: ik kwam ook nooit verder dan 200 HM (Heavy Metal) als jaarinput. En inderdaad, in Europa gaan we gelukkig verstandiger om met wat er uit een reactor komt dan de VS doet. Klopt allemaal.
Vervolgens zegt hij: “De meeste voorstellen voor thoriumreactoren hebben een specifiek vermogen rond de 10 MW/ MTHM (Metric Ton Heavy Metal). ” Dat klinkt alsof hij ze allemaal heeft doorgerekend, en ik weet wel zeker dat dat niet het geval is. Dit getal staat, zou je kunnen zeggen, voor de neutronische efficiency van het reactorsysteem. Dat is het meest complexe, van talloze factoren afhankelijke, reactorspecifieke getal wat je maar kunt bedenken. Van Rooijen kan, evenmin als Jan Leen Kloosterman, helemaal niet weten wat de waarde van dat getal is voor reactorsystemen die feitelijk op de tekentafel liggen bij startups. Je moet namelijk hun IP kennen om er iets zinnigs over te kunnen zeggen.
In het oorspronkelijk artikel in American Scientist uit 2010, waar het plaatje dat Van Rooijen afbrandt uit komt, maken de auteurs (Robert Hargraves en Ralph Moir) duidelijk dat het hier om een VISIE gaat. Een heilige graal. Beschouw je, in hun verhaal, de LFTR als een ‘black box’, waar je HM in stopt, dan kun je er op termijn bij uit komen dat je inderdaad er nog maar 1 ton thorium in hoeft te stoppen, en er 3 GWy thermische energie uit haalt, plus een ton splijtingsproducten. Dat er in je reactorsysteem dan nog minimaal zo’n dertig ton HM, waarvan een paar ton splijtbaar, aanwezig moeten zijn doet niets af aan die visie.
Ook het feit dat daar bij hoort dat je een deel van de stroom moet zuiveren, er de actinides uit moet halen, en die terugvoert naar de reactorkern, doet niets af aan die visie.
Afval
Veiligheid
Kosten